Samenwerken: moeilijker dan het lijkt

Type: Nieuws
Datum: 16 December 2021
Alles en iedereen werkt samen. Onderwijsinstellingen, bedrijven, overheidsinstituties, ngo’s, maar ook individuen. Maar het gaat geregeld mis, zelfs als alle partners van goede wil zijn. Hoe kan dat? Een grote groep onderzoekers, onder wie Rafael Wittek en Thomas Teekens, richt zich op een tamelijk onbekend terrein dat je ‘samenwerkingskunde’ zou kunnen noemen.

Toverwoord

Samenwerking is tegenwoordig het toverwoord om gezinnen, gemeenschappen en organisaties veerkrachtig te maken. Ze kunnen dan misschien resultaten bereiken die ze op eigen houtje nooit zouden realiseren. In het begin gaat het proces van samenwerking vaak moeiteloos, maar op de lange duur kan het stroever gaan lopen, kunnen er haperingen optreden en kan het zelfs mislukken. Hoe zorg je ervoor dat samenwerking in stand blijft?

Meer dan goede bedoelingen

Rafael Wittek, hoogleraar Sociologie: ‘Deelnemers aan een gezamenlijk project staan weinig stil bij de vraag wat samenwerking eigenlijk is. Ze beginnen met de beste bedoelingen, maar dat alleen is geen garantie voor succes. Samenwerking is nooit vanzelfsprekend en het is ook niet iets wat je aan toeval kunt overlaten. Wij hebben er een veelomvattend studieobject van gemaakt om te kijken wat nodig is om samenwerking te laten slagen.’

Belang gezien door overheid

Samen met zo’n zeventig collega’s werken Wittek en Teekens aan het grootschalige SCOOP-onderzoeksprogramma. Dat staat voor Sustainable Cooperation: Roadmaps to a Resilient Society. Hierin zoeken sociologen, psychologen, historici en filosofen naar oplossingen voor duurzame samenwerking op het gebied van zorg, werk en integratie. Het is geen Gronings onderonsje: behalve de RUG participeren de Universiteit Utrecht, de Vrije Universiteit, de Radboud Universiteit en de Erasmus Universiteit. De overheid hecht veel waarde aan het onderzoek, wat blijkt uit de Zwaartekracht-subsidie van 18,8 miljoen euro die SCOOP in 2017 ontvangen heeft, voor een periode van tien jaar.

Drie risicofactoren

In het SCOOP-programma onderscheiden onderzoekers als Wittek en Teekens drie belangrijke factoren die samenwerking bedreigen: 1. feedback loops; 2. external shocks; 3. spillover effects. In het eerste geval is er sprake van een vicieuze cirkel of neerwaartse spiraal, zoals vaak gebeurt als het management de teugels aantrekt om de inzet van medewerkers te vergroten. Dat ondermijnt echter de motivatie van medewerkers om bij te dragen aan het gezamenlijke doel, met het gevolg dat het management wederom de controle aanscherpt – totdat de arbeidsverhoudingen volledig zijn verziekt. In het tweede geval zijn er plotselinge gebeurtenissen die met de samenwerking op zich niets van doen hebben, maar er nadelig voor zijn, denk aan de financiële crisis of de pandemie. In het derde geval werken negatieve invloeden van buitenaf door in de samenwerking. Mensen zijn actief in verschillende arena’s, bijvoorbeeld de werkkring en het eigen gezin. Als er dan in de thuissituatie problemen zijn, kan dat gevolgen hebben voor de prestaties op het werk en daarmee voor de samenhang.

Oplossingen

Als een organisatie de samenwerking op een gezonde wijze in stand wil houden, moet er beleid zijn dat inspringt op situaties die de duurzaamheid van samenwerking kunnen bedreigen. Dat kan soms met heel simpele interventies. Als er ‘spillover effects’ zijn, help medewerkers dan bijvoorbeeld met de mogelijkheid om werktijden te schuiven of flexibel vrije dagen op te nemen. Zijn er ‘external shocks’, dan kunnen hybride werkvormen en digitale toepassingen de oplossing zijn, zoals we zien tijdens de coronacrisis. Doen zich ‘feedback loops’ voor, kijk dan naar andere en betere manieren die de motivatie van medewerkers kunnen versterken om bij te blijven dragen aan het gezamenlijke doel.

Naar volledig artikel>> 

Bron: Rijksuniversiteit Groningen - Gert Gritter