Nieuwe kleren maken de begeleidingskundige
Blog Ledenwijsheid - Aukje Reinders
''Ben je autodidact?''
Even aarzel ik. Deze vraag kreeg ik niet eerder bij een eerste supervisie bijeenkomst.
Dan antwoord ik dat ik wel degelijk goed ben opgeleid voor het vak. Ik ben verbaasd en lichtelijk geïrriteerd omdat ik alweer iemand ontmoet die geen idee heeft wat het vak van “begeleidingskunde*” inhoudt.
*Even tussendoor: Ik vind de termen begeleidingskunde en begeleidingskundige niet erg aansprekend. Ze zijn te algemeen en iedereen kan het op zijn aanbod plakken. Ik denk hierbij aan de verwatering van het begrip “coach”.
Gelukkig zijn er steeds meer opleidingen en organisaties die de zin en waarde inzien van supervisie en andere begeleidingsvormen. Zo begeleid ik een docente van een fysiotherapie opleiding waar supervisie als pilot wordt aangeboden. Ook gaf ik voorsupervisie aan een docente bij een opleiding Facility Management die het supervisiepad mocht verkennen maar een alom bekend “merk” is supervisie nog steeds niet. Naast genoemde twee opleidingen zie ik wel degelijk toepassingsgebieden voor ons vak.
Kader voor toekomstfantasieën
Ik hou van structuren en daarom ga ik op zoek naar een kader waarbinnen mijn toekomstfantasieën passen. Dat houvast vind ik in een marketingmodel van Treacy en Wiersema: “Waardestrategieën”. Dit model gaat uit van drie elementen:
- productinnovatie;
- klantaandacht;
- superieure operatie en uitvoering.
Het is de kunst voor een organisatie om in één discipline te excelleren. Naar mijn idee valt in ons werkgebied het meeste te winnen bij de onderdelen productinnovatie (maar ja, ik ben ook een echte “plant” volgens de teamrollen van Belbin) en klantaandacht. Ik ontdekte twee actuele onderwerpen waarbij de inbreng van begeleidingskunde nieuwe stijl van toegevoegde waarde kan zijn:
1: (Gelijk)waardig herstel kinderopvangtoeslagaffaire
In Almere werken herstelexperts, ambtenaren en maatschappelijk werkers samen. In een neutrale omgeving onderzoeken zij de diepere lagen in het systeem die geleid hebben tot grote schadelijke gevolgen voor de gedupeerden. Vanuit dat diepgaande onderzoek willen zij komen tot inzichten en aanbevelingen van kinderen, jongeren en ouders ten dienste van de landelijke en lokale aanpak van deze mensonterende affaire. Het zijn ingewikkelde, emotionele gesprekken waarbij prinses Laurentien als neutrale partij kan optreden.
Hier zie ik kansen voor onze toekomst: begeleidingskundigen kunnen door hun expertise in ervaringsleren, reflecteren, systemisch kijken, organisatiekunde en meervoudige partijdigheid een waardevolle aanvulling zijn.
Ik deel de mening van mijn collega Rien van der Zeijden dat de begeleidingskundige van de toekomst uit de individuele bol en rol stapt en opereert in een “crew” van mensen die hun deskundigheid met elkaar delen. In dit voorbeeld denk ik aan een nauwe samenwerking van supervisor, narratieve coach en narratieve organisatiebegeleider. De wetenschappelijke waarde van reflecteren is in de toekomst meer dan voldoende aangetoond, zodat het inzetten van zo’n interdisciplinair team gewild zal zijn.
2: Beleid hacken
Ik lees graag de columns van Jasper van Kuijk, innovatie-expert en cabaretier. In zijn column in de Volkskrant van zaterdag 12 november doet hij de suggestie – in navolging van organisaties die ethische hackers vragen in te breken in hun systemen - om in een meerdaagse workshop beleidsplannen voor te leggen aan mensen die het aangaat, aan ambtenaren van andere ministeries maar ook aan “handige types”, zoals ondernemers, hosselaars, creatieve fiscalisten, belastingadviseurs etc. Hij noemt deze mensen dan “ethische beleidshackers”. Prijzen zijn er ook te winnen voor degenen die de gaten in een voorstel schieten.
Ook bij zo’n activiteit zouden begeleidingskundigen als “reflectieve slimmeriken” een rol kunnen spelen.
What’s in a name
Covey beschrijft het verhaal van een houthakker die vindt dat hij een boom nog voor de avond moet omzagen. Een voorbijganger ziet dat de zaag van de houthakker bot is en zegt: “Neem even pauze om hem aan te scherpen” dan ben je sneller klaar.” Dat doet de houthakker niet maar als hij dat wel had gedaan zou hij effectiever zijn geweest.
Ik heb nagedacht over een passende titel voor een interdisciplinair team zoals ik boven beschrijf. “Zaagteam”, “breinmeesters” of “reflectieteam 3.0” komen voorbij, maar deze termen dekken de lading ook niet. Afijn, misschien een prijsvraag waard?
Als “plant” hou ik het hierbij. Ik laat het aan de brononderzoekers, de vormers, mede planten en de andere rollen over om met hun ideeën te komen waar de begeleidingskundige van de toekomst te vinden is.
Aukje Reinders - December 2022
Naar overzicht